Het is mogelijk om de pakketlijst van aptitude te herorganiseren door de juiste aanpassingen te maken aan het configuratiebestand.
De opmaak wordt opgeslagen in de configuratiegroep
Aptitude::UI::Default-Package-View
en bestaat uit een
lijst van weergave-elementen:
Naam
Type
{ Rowrij
; Columnkolom
; Widthbreedte
; Heighthoogte
;bijkomende opties...
};
Dit creëert een weergave-element, Naam
genoemd. Het type element dat aangemaakt wordt, wordt door
Type
bepaald. De opties Row
, Column
, Width
en Height
moeten aanwezig zijn. Zij
bepalen waar het element geplaatst wordt. (zie hierna voor een gedetailleerde uitleg
over hoe weergave-elementen geschikt worden)
Voor voorbeelden over hoe de weergaveopmaak veranderd kan worden, kunt u de
definities van thema's in het bestand
/usr/share/aptitude/aptitude-defaults
raadplegen.
De volgende types weergave-elementen kunnen gebruikt worden:
Description
Dit weergave-element zal het “informatiegebied” bevatten (meestal een beschrijving van het momenteel geselecteerde pakket).
De optie PopUpDownKey
geeft de naam op
van het toetsenbordcommando dat er voor zorgt dat het element weergegeven of
verborgen wordt. Als men dit bijvoorbeeld instelt op ShowHideDescription
, zal
het huidige weergave-element hetzelfde gedrag vertonen als dat van het
standaard-informatiegebied. De optie PopUpDownLinked
geeft de naam
op van een ander weergave-element en leidt ertoe dat het huidige element
weergegeven of verborgen zal worden telkens wanneer dat voor dat andere
element het geval is.
MainWidget
Dit is een plaatshouder voor het “belangrijkste”
weergave-element: dit is gewoonlijk de pakketlijst. Een weergaveopmaak moet
exact een element van het type MainWidget
bevatten, niet
meer en niet minder.
Static
Een gebied van het scherm dat tekst weergeeft, die mogelijk indelingscodes
bevat zoals beschreven in de paragraaf met de naam “Aanpassen hoe pakketten weergegeven worden”. De weer te
geven tekst kan opgegeven worden in de optie Columns
, of hij kan in een andere
configuratievariabele opgeslagen worden die opgegeven werd in de optie
ColumnsCfg
. De
kleur van de tekst wordt bepaald door de kleur die genoemd wordt in de
optieColor
.
Items van het type Static
kunnen met de opties
PopUpDownKey
en
PopUpDownLinked
op dezelfde
manier weergegeven en verborgen worden als items van het type Description
.
De weergave-elementen worden in een “tabel” geordend. De
linkerbovenhoek van een element bevindt zich in de cel die opgegeven wordt
in de opties Row
en
Column
(gewoonlijk
begint men bij rij 0 en kolom 0, maar dat is niet verplicht). De breedte van
een element in termen van cellen wordt opgegeven in de optie Width
en de hoogte in de optie
Height
.
Nadat de weergave-elementen geordend werden en een initiële hoeveelheid
ruimte op het scherm toegewezen kregen, is er waarschijnlijk nog plaats
over. Indien er extra verticale ruimte beschikbaar is, zal elke rij met een
weergave-element waarvan de optie RowExpand
op
true
ingesteld staat, een deel van de extra ruimte
toegewezen krijgen. Op dezelfde manier zal in geval van extra beschikbare
horizontale ruimte, iedere kolom met een weergave-element waarvan de
optieColExpand
op
true
ingesteld werd, een deel van de extra ruimte
toegewezen krijgen.
In het geval er onvoldoende ruimte beschikbaar is, zal iedere rij en kolom
waarvan alle widgets de optie RowShrink
of ColShrink
op de waarde
true
ingesteld hebben staan, verkleind worden. Als dat
nog niet genoeg is, zullen alle rijen en kolommen verkleind worden om op die
manier binnen de beschikbare ruimte te passen.
Indien een weergave-element niet vergroot wordt, terwijl dat wel het geval
is voor zijn rij of zijn kolom, zal de uitlijning geregeld worden door de
opties RowAlign
en
ColAlign
. Door die
in te stellen op Left
(links), Right
(rechts), Top
(bovenaan), Bottom
(onderaan) of Center
(gecentreerd) zal aptitude weten
waar het element in de rij of de kolom geplaatst moet worden.
De volgende configuratiegroep maakt bijvoorbeeld een statisch element aan
met de naam “Header
” dat drie cellen breed
is en horizontaal maar niet verticaal vergroot kan worden. Het heeft
dezelfde kleur als andere kopregels en gebruikt de standaard
weergave-indeling voor kopregels:
Header Static { Row 0; Column 0; Width 3; Height 1; ColExpand true; ColAlign Center; RowAlign Center; Color ScreenHeaderColor; ColumnsCfg HEADER; };
De volgende opties kunnen gebruikt worden bij weergave-elementen:
ColAlign
uitlijning
;
uitlijning
is ofwel Left
(links), Right
(rechts) of Center
(gecentreerd). Indien de rij die het huidige weergave-element bevat, breder
is dan het element zelf en ColExpand
op
false
ingesteld staat, dan zal het plaatsen van het
element in de rij gebeuren volgens de waarde van
uitlijning
.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die Left
(links) is.
ColExpand
true
|false;
Indien deze optie op true
ingesteld staat, zal de kolom
die dat element bevat, een deel toegewezen krijgen van eventuele extra
beschikbare horizontale ruimte.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die false
(niet waar) is.
Color
kleurnaam
;
Deze optie is van toepassing op elementen van het type Static
.
kleurnaam
is de naam van een kleur (bijvoorbeeld,
ScreenStatusColor
) die als
de “standaardkleur” voor dit weergave-element gebruikt moet
worden.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op zijn
standaardwaarde die DefaultWidgetBackground
is.
ColShrink
true
|false;
Indien deze optie voor elk element in een kolom ingesteld werd op
true
en er onvoldoende horizontale ruimte is, zal de
kolom zoveel verkleind worden dat ze past in de beschikbare ruimte. Merk op
dat een kolom verkleind kan worden zelfs als ColShrink
ingesteld werd op false
. Dit geeft enkel aan dat
aptitude eerst moet proberen een specifieke kolom te verkleinen vooraleer
andere kolommen te verkleinen.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die false
(niet waar) is.
Column
kolom
;
Geeft de meest linkse kolom
op dat dit
weergave-element bevat.
Columns
indeling
;
Deze optie is van toepassing op weergave-elementen van het type
Static
waarvoor de
optieColumnsCfg
niet ingesteld staat. Het stelt de weergegeven inhoud van het statusitem
in. Het is een indelingstekenreeks zoals beschreven in de paragraaf met de naam “Aanpassen hoe pakketten weergegeven worden”.
ColumnsCfg
HEADER
|STATUS
|naam
;
Deze optie is van toepassing op weergave-elementen van het type
Static
. Het stelt de
weergave-indeling van het huidige element in op de waarde van een andere
configuratievariabele: indien het HEADER
of
STATUS
is, worden respectievelijk de opties
Aptitude::UI::Package-Header-Format
en Aptitude::UI::Package-Status-Format
gebruikt. Anders wordt de optie naam
gebruikt.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt de waarde van de optie
Columns
gebruikt om
de inhoud van het statische item te regelen.
Height
hoogte
;
Definieert de hoogte
van het huidige
weergave-element.
PopUpDownKey
commando
;
Deze optie is van toepassing op weergave-elementen van het type
Description
en
Static
.
commando
is de naam van een toetsenbordcommando
(bijvoorbeeld ShowHideDescription
). Als
die toets ingedrukt wordt, zal het weergave-element verborgen worden als het
zichtbaar is en weergegeven worden als het onzichtbaar is.
PopUpDownLinked element
;
Deze optie is van toepassing op weergave-elementen van het type
Description
en
Static
.
element
is de naam van een weergave-element. Als
element
weergegeven wordt, zal ook het huidige
element weergegeven worden. Als element
verborgen
is, zal ook het huidige element verborgen worden.
Row
rij
;
Geeft de bovenste rij
op die dit weergave-element
bevat.
RowAlign
uitlijning
;
uitlijning
moet ofwel Top
(bovenaan), Bottom
(onderaan) of
Center
(centraal) zijn. Indien de rij die het huidige
weergave-element bevat, groter is dan het element zelf en RowExpand
is ingesteld op
false
(niet waar), dan zal het element in de rij
geplaatst worden overeenkomstig de waarde van
uitlijning
.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die Top
(bovenaan) is.
RowExpand
true
|false;
Indien deze optie op true
ingesteld is, zal de rij met
dit weergave-element een deel van de eventuele extra beschikbare verticale
ruimte toegewezen krijgen.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die false
(niet waar) is.
RowShrink
true
|false;
Indien deze optie voor elk element in een rij ingesteld is op
true
en er onvoldoende verticale ruimte is, zal de rij
zoveel verkleind worden als nodig is om te passen in de beschikbare
ruimte. Merk op dat een rij ook verkleind kan worden zelfs al is
RowShrink
ingesteld op false
. Dit
geeft enkel aan dat aptitude eerst een specifieke rij moet trachten te
verkleinen vooraleer dit met andere rijen te doen.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die false
(niet waar) is.
Visible true|false;
Indien de instelling false
is, zal dit weergave-element
initieel verborgen zijn. Wellicht enkel zinvol in combinatie met
PopUpDownKey
en/of PopUpDownLinked
.
Indien deze optie niet aanwezig is, wordt teruggevallen op de
standaardwaarde die true
(waar) is.
Width
breedte
;
Definieert de breedte
van het huidige
weergave-element.